Tweebijvier.reismee.nl

Noosa

Maandagochtend vertrekken we op tijd richting het noorden. We hebben nog tot zaterdag, dan vliegen we van Brisbane naar Cairns. In tegenstelling tot de weersvoorspellingen is het droog en schijnt de zon zelfs weer! Wat fijn is dat toch. Op iets meer dan een uur rijden liggen een paar gigantische waterparken en we besluiten naar ‘Wet 'n Wild' te gaan. Inderdaad een enorm groot pretpark met de meest uiteenlopende soorten glijbanen, golfzwembaden waar de Mirandabad jaloers op zou zijn, een stromende neprivier en nog een paar heftige niet-waterattracties. Ook hier zijn ze weer heel streng met de lengte van een kind, voor de meeste glijbanen moet je minimaal 1.10m zijn en voor sommige zelfs 1.20m. Bella komt precies door de 1.20m-grens heen en Roemer mist een paar cm voor de 1.10m-limiet. Arme Roemer, hij wil zo graag! Dat betekent opsplitsen en Roemer zo snel mogelijk naar een paar ‘hele stoere' andere glijbanen meenemen. Gelukkig zijn er twee grote die voor hem heel leuk zijn en treffen we elkaar steeds weer voor wat familieafdalingen. Bella gaat werkelijk van alle enge en supersteile glijbanen af en vertrekt geen spier! Leuke dag dus en Roemer beloven we plechtig dat de volgende keer dat we in zo'n park komen hij groot genoeg is om overal in te gaan...

Als we aan het eind van de middag bij de auto komen kom ik erachter dat ik mijn portemonnaie kwijt ben en na eerst de halve auto overhoop gehaald te hebben bellen we met ons laatste huisje en blijkt dat hij -godzijdank- onder de kussens van de bank gevonden is. Dat betekent dat we helaas terug moeten. Omdat het al laat wordt slapen we daarna in een motel en vertrekken de volgende ochtend vroeg naar Noosa Heads, een badplaats boven Brisbane.

Noosa Heads, wat zal ik ervan zeggen? Het is weer een leuke kustplaats ja, aan weer een prachtig strand, wederom geliefd bij surfers en omringd door een National Park. Maar, er is ook een rivier en meanderende lagunes waar langgerekte slingerende eilanden aan liggen met de meest geweldige huizen en villa's. We kijken onze ogen uit want al deze huizen liggen dus aan het water met eigen strandje en aanlegsteiger. Ook het stadje heeft veel meer allure, van de mooie winkelstraat vlak achter het strand, de hippe bars en restaurants tot de stijlvollehotels en appartementencomplexen. Het blijkt dat het ook wel het ‘Cannes van Australie' wordt genoemd. Bij het toeristenbureau horen we dat de prijzen hier een flink stuk lager zijn dan in Byron Bay en aangezien we vier nachten willen blijven kunnen we een magnifiek penthouse (!) krijgen. Op loopafstand van het centrum ligt een kleinschalig modern appartementencomplex met parkeergarage en zwembad. Het penthouse is echt wat je je voorstelt bij een penthouse (behalve de lift dan...); een groot gelijkvloers appartement met halfrond terras aan de voorkant met prachtig uitzicht, bijna volledig wit ingericht met strakke keuken, drie slaapkamers, twee badkamers en een wenteltrap naar het dak waar nog een terras met jacuzzi is! Wow, zo luxe hebben we nog niet gezeten (en dit keer is alles echt waar)!

Man en kinderen duiken in het zwembad en ik ga ‘even' lopend een paar boodschappen doen (wat een taakverdeling toch weer, maar ja, als je ook wilt bepalen wat je wilt eten moet je wel ...). Het is niet zo ver lopen maar het is wel heuvelachtig en echt verschrikkelijk benauwd. Al puffend bedenk ik dat ik beter met de auto had kunnen gaan want dit is bijna onverantwoord om als geboren Hollandaise in deze tropische hitte op straat te lopen. Mijn -tropisch geboren- moeder vindt deze temperatuur heerlijk maar ik heb niets van die genen ge-erft want eenmaal thuis bezwijk ik bijna en kijkt Tom me aan of het wel goed met me gaat. Later hoor ik dat de luchtvochtigheid die dag boven de 90% was en dat het niet zo gek was dat ik het zo warm had!

Achter ons complex loopt een wandelpad door een stukje tropisch regenwoud dat je in 5 min. beneden in het dorp brengt. We gaan naar het strand waar de golven een stuk rustiger zijn dan we gewend waren. Dat betekent in elk geval dat je weer een beetje kunt zwemmen want daar was in Byron Bay geen sprake van! Het is een groot en vrij druk strand en de kinderen vermaken zich natuurlijk weer prima.

Eigenlijk moeten we naar Fraser Island, een bijzonder zandeiland met een unieke ecologie en een zeer gevarieerd landschap etc. Het ligt ongeveer 150 km ten noorden van Noosa en je kunt er alleen komen met een 4x4 wagen (kruising tussen een bus en een vrachtwagen) omdat ze rechtstreeks over het strand rijden. Eigenlijk voelen we weinig voor zo'n ‘dagje uit' waarbij je zeker 4 uur in de wagen zit. Die slaan we dus over en we nemen en simpel boottochtje met sprinkhanen aan boord door de prachtige lagunes en langs de imponerende villa's. Onderweg kunnen we afstappen om een duik te nemen en te lunchen. Het weer is deze dagen prachtig en het strand heel fijn. Tom vindt eindelijk een fietsverhuurder die ook racefietsen verhuurt (meestal nl. alleen mountainbikes) en gaat voor het eerst weer eens fietsen. De steile heuvels, de verzengende hitte en een slechte conditie zijn op zijn zachtst gezegd geen beste combinatie voor een lekker rondje fietsen. Ik ga met de kinderen een rondje wandelen door het National Park van Noosa wat Roemer met wat smoesjes van mijne zijde net volhoudt. En af en toe trek ik me even een uurtje terug in de winkelstraat zodat Tom rustig op het strand zijn boek kan uitlezen... De laatste avond van deze heerlijke dagen sluiten we af door met zijn allen in de jacuzzi te springen met een waanzinnige zonsondergang op de achtergrond!

Hippietown

Ons plan is om minimaal een week in Byron Bay te gaan zitten, volgens velen een geweldig leuke populaire badplaats met een heuse hippiecultuur en een relaxte sfeer. We komen maandag al vroeg aan in Byron Bay en we hebben dus tijd genoeg om een leuke accomodatie te zoeken. We rijden langs het toeristenbureau, nemen wat folders mee en gaan lekker lunchen op een van de vele terrasjes. De sfeer is inderdaad erg goed en het stikt van de oude VW-busjes -al dan niet bont beschilderd- en stoere pick-ups met surfplanken achterin. Op straat zie je een mengeling van overjarige hippies, backpackers en coole surfboys en -girls. Wij passen daar dus prima tussen.

Het valt nog niet mee om iets leuks en betaalbaars te vinden, zelfs niet voor een week, alles is hartstikke duur! Uiteindelijk boeken we drie dagen in een appartement met groot terras in een leegstaande villa met tropische tuin op een toplocatie een stukje buiten het drukke centrum, vlakbij de meest oostelijk gelegen vuurtoren van Australie en op loopafstand van een prachtig klein baaitje. Ik weet het, het klinkt geweldig natuurlijk, maar pas op, als oud-makelaar schud ik dit soort positieve, lyrische teksten uit mijn mouw alsof het niets is. De werkelijkheid was helaas iets minder top; een hoop vergane glorie, laten we het daar maar op houden. De slaapkamers waren gelukkig schoon en netjes maar om er een week te zitten...

Het is inmiddels weer heel warm geworden dus wij gaan snel nog even naar het strand en we eten 's avonds in een heerlijk restaurant vlakbij ons huisje. De volgende dag ga ik boodschappen doen en langs de pedicure voor een (noodzakelijke!) behandeling en kom als herboren terug, heerlijk! Ik heb bodyboards voor de kinderen gekocht -onmisbaar hier!- en ze zijn dolgelukkig. Als echte surfers springen ze in de golven en proberen keer op keer mee te glijden. Het is echt een supermooie baai met heel fijn schoon zand, behoorlijk hoge golven en dus veel surfers. Bella en Roemer zijn de hele dag in de ruige branding aan het dollen of bouwen zandkastelen met Tom. Op een ochtend als we wakker worden besluiten we de wandeling naar de vuurtoren te maken die iets langer uitvalt dan we hadden voorzien. Het is een mooie wandeling maar onze kleinste telg begint tegenwoordig al te piepen bij het woord wandeling dus dat was weer een hele onderneming om het gezellig te houden. Nouja, wij hebben tenminste weer een beetje bewogen dus 's middags kunnen we weer naar het strand!

Donderdag gaan we op zoek naar een andere locatie, dit is echt genoeg geweest. Nu maar echt wat verder uit het dorp, een cottage in de vrije natuur. Het is een eenvoudig houten huisje met veranda en twee slaapkamers . Er zijn kippen van de eigenaar die de kinderen mogen voeren en waar ze eieren mogen rapen en een zestal jonge gecastreerde stiertjes die zich na enig geduld toch laten zien en voeren. Een grotere tegenstelling kun je je bijna niet voorstellen maarja, we willen ze van alles wat meegeven! Donderdag zijn we nog naar een ander plaatsje en strandje geweest en die avond begint het te miezeren. Het blijft drie lange dagen miezeren. Verkassen heeft geen zin want het regent in de wijde omgeving! De temperatuur is gelukkig goed en zo nu en dan is het een paar uurtjes droog dus we komen de dagen wel door. Zowel in het appartement als in het huisje is geen internet en om niet helemaal het gevoel te krijgen afgesloten te zijn van de rest van de wereld zoeken we toch elke middag wat reuring op in Byron Bay waar we lunchen, een film huren, internetten en over het prachtige lange regenachtige strand slenteren. Pogingen om de kinderen droog te houden zijn verspilde moeite; gierend van de lach rennen ze met natte kleren door de branding...

Wijn in de ochtend

Na ons nuttig bezoekje aan het Chinese visumbureau rijden we dan eindelijk Sydney uit naar de Blue Mountains, een bergketen tussen de dichtbevolkte kustvlakte en het vlakke, droge binnenland van Australie, op ong. 1,5 uur rijden ten westen van Sydney. Als we aan het eind van de middag aankomen in het schilderachtige plaatsje Leura zoeken we naar een plek om te overnachten. Uiteindelijk komen we terecht in een hele leuke cottage waar we twee nachten blijven. Het is een groot gelijkvloers appartement met veranda dat met gedeeltelijk oude materialen is gebouwd en ingericht, dus niet zo gemaakt en sfeerloos. En heel on-Australisch want dit zie je weinig hier; kasten gemaakt van oude geschuurde planken a la Piet Hein Eek. Je merkt dat een fijne plek toch wel heel belangrijk is, de kinderen vinden het ook heerlijk om in het huisje te spelen!

De volgende ochtend gaan we naar de Blue Mountains en beginnen bij een uitkijkpunt op de Three Sisters, drie naast elkaar staande rotsformaties temidden van eindeloze regenwouden aan de rand van een bergketen. We wandelen naar de eerste sister waar je met een hele steile trap naartoe kunt klimmen. Het uitzicht is geweldig. Een stukje verder kun je een heel rondje maken met een treintje, een wandeling en twee gondelliften. Dat laten we ons natuurlijk niet ontnemen en het is zeer de moeite waard! De steilste trein van de wereld (dat je het maar even weet) is een oude mijnwerkerstrein die dwars door een berg naar beneden gaat. Van daar uit is een leuk wandelpad door de bush (geen enge beesten dit keer) van ong. een uurtje waarna je bij een gondellift uitkomt die je weer omhoog brengt. Eenmaal boven kun je nog een gondellift nemen die heen en weer over DE waterval gaat, dit bleek echter een miezerig stroompje (tja, we zijn een beetje verwend natuurlijk ...). Prima dagje zo en we eten lekker in ons huisje.

Donderdagmiddag rijden we weer naar het noorden door de Hunter Valley, een van de oudste wijnbouwgebieden van Australie waar het stikt van de wijnhuizen. We slapen in een keurig huisje bij een wijnboer, krijgen een flesje wijn en kijken 's avonds zelfs een film! Buiten springen de kangaroes weer rond en we beginnen het al normaal te vinden... De volgende ochtend bezoeken we wijnhuis First Creek waar we een rondleiding krijgen. Ons geromantiseerde beeld van ronddraaiende druivenpersen en oude wijnkelders vol eikenhouten vaten maakt al gauw plaats voor de werkelijkheid: aluminium tanks en grote moderne loodsen waar volgens een bijna volledig geautomatiseerde proces de wijn gebotteld wordt. Gelukkig hebben ze nog geen vervanging gevonden voor de smaak van eikenhout dus is er ook een hal waar de authentieke -meestal uit Frankrijk afkomstige- wijntonnen liggen opgestapeld. Natuurlijk moeten we ook proeven en ach, na een lichte aarzeling (het is nl 11u ‘s morgens) proeven we een paar heerlijke wijnen (die 's middags met een toastje en wat kaas nog beter tot hun recht komen).

Het weer is een beetje druilerig aan het worden en we besluiten een flink stuk te rijden. We slaan daardoor een paar leuke kustplaatsjes over en, naar men zegt, fantastische meren maar het is niet anders. Er komen nog honderden kilometers kustlijn en nog talloze leuke, mooie plekjes! Vrijdagavond horen we van de verschrikkelijke aardbeving in Japan en zenden bijna alle TV-zenders de beelden van de allesvernietigende tsunami uit en de eventuele gevaren voor onze regio. Best een eng idee maar gelukkig werden Australie en Nieuw Zeeland al vrij snel veilig verklaard. Zaterdag vertrekken we vroeg en rijden weer een paar uur. De zon begint gelukkig weer door te komen dus we slaan af en rijden tussen de suikerrietvelden naar het kustplaatsje Yamba. Er is een vuurtoren met een grillige rotskust erachter waar we overheen klimmen. De spectaculaire golven beuken tegen de rotsen en de surfers trotseren het gevaar in afwachting van de perfecte golf. We hebben een mooi uitkijkpunt gevonden waar we de surfers en vissers goed kunnen zien. Als we eind van de middag accomodatie zoeken blijkt dat bijna alles vol zit (het is weer weekend) door bruiloften en partijen. Gelukkig vinden we nog een unit in een -altijd knus- motel aan de rand van het dorp. De volgende dag is het stralend mooi weer en besluiten we nog een nacht te blijven, we zitten al dagen lang in de auto en dat doet ons geen van allen goed. Het motel zit alleen vol dus verhuizen we naar een ander motel, nog een tikje ongezelliger met bakstenen muren etc. We hebben een heerijke dag op het prachtige strand en na een veel te vette fish & chips picknick-maaltijd beloven we elkaar plechtig dat dit de laatste keer was. We lopen ons rondje rotsen en zitten heerlijk in het ondergaande zonnetje te kijken naar een paar dappere jongens en een meisje die steeds vanaf de rotsen in de golven duiken en zich door een volgende golf weer op het rotsplateau laten gooien en de surfers natuurlijk. Roemer wil er ook in; Bella twijfelt nog.....

Onder de mensen in Sydney

Wat een geweldige stad is dit, echt weer even een slag wereldser dan Melbourne! Als we in ons hotel zijn ingecheckt en de auto hebben ingeleverd wandelen we het centrum in en het bruist van de energie. Ik vind het een prachtige stad, er zijn heel veel imponerende historische gebouwen die zich uitstekend staande houden tussen de hemelshoge glazen gevels van de moderne kantoren en hotels. Er zijn heel veel mensen op straat die druk van het een naar het ander hollen maar er hangt een positieve vibe.

Als we bij de haven aankomen (Circular Quay) waar alle ferry's komen en gaan zien we het imponerende Opera House liggen en aan de andere kant de stalen contouren van de prachtige City Harbour Bridge. Wederom geeft de ligging aan zee een enorme boost aan de stad; het ligt eigenlijk aan een hele grote baai met tientallen inhammen, witte strandjes en haventjes waardoor je binnen no time ‘uit de stad' kunt zijn.

Vrijdag besluiten we de ferry naar Marly Beach te nemen. Na een half uurtje varen kom je aan in een leuk (wel toeristisch) plaatsje en laten we ons overhalen een paar fietsen te huren. Na een beetje doordrukken en 2 keer vallen gaat Bella toch weer op een eigen fiets en Roemer mag op de achterhangfiets wat hij natuurlijk geweldig vindt! Het fietsen stelt niet zoveel voor en ik krijg een lekke band dus we leveren ze maar weer gauw in. Er is een groot prachtig strand en we vermaken ons prima. Ondertussen heeft Tom contact gehad met David, een Australische collega waar we 's avonds mee afspreken. Van de ferry gaan wij in een keer door naar het restaurant waar we met David en zijn 12-jarige zoon Andrew eten.

De volgende dag moeten we eerst verhuizen want ons hotel zat volgeboekt door Mardi Gras, de jaarlijkse gay-parade van Australie (daar wilden we natuurlijk graag bij zijn!). Daarna gaan we weer op stap, naar het Powerhouse museum over allerlei technische uitvindingen gebruikt in en rondom Australie. En tevens, heel iets anders, onverwacht een echte eighties-tentoonstelling van Inxs tot Neighbours inclusief Jason Donovan en Kylie.... Zie je direct dat er nietzoveel wereldberoemds uit Australie komt....... Aan het eind van de middag hebben we in een park afgesproken met Melle (zat voor TMG in Sydney) en Mehrnaz en hun schattige baby Kenza van 4 maanden. We wurmen ons door de excentriek geklede feestgangers die op weg zijn naar de parade en eten wat samen in een restaurantje in hun buurt. Daarna drinken we nog wat bij Melle en Mehrnaz thuis, ze wonen erg leuk, een charmant huisje met een tuin zelfs! Dat zie je hier erg veel; straten met karakteristieke geschakelde huizen van begin 20ste eeuw met smeedijzeren balkons aan de voorkant. Het is erg gezellig en de kinderen vinden vooral de twee poezen erg leuk!

Dan is het alweer zondag; ik wil graag naar de expositie van de fotografe Annie Leibovitz die hier nu is en trotseer de lange rij (handige dag zondag). Het valt gelukkig mee en de kinderen houden de rondgang net vol. Mooie expositie van foto's van haar uit de periode 1990-2005! 's Middags zijn we bij David en zijn vrouw Julie uitgenodigd en we gaan met de trein naar Noord Sydney. David heeft een blitse Audi cabrio waar de kinderen in mee mogen en vooral Roemer zit van oor tot oor te glunderen! Terwijl Julie de kinderen en hun hond meeneemt naar de speeltuin rijdt David ons rond in de buurt en vertelt van alles over het leven daar. Het is prachtig, heuvelachtig, enorm groen, grote vrijstaande huizen met veel ruimte. De scholen zijn veelal gescheiden dus ook zijn zoon zit op een Private Boys School. Het gigantische terrein voorziet werkelijk in alles; grote statige gebouwen, eigen sportvelden (echt alles!) en zelfs een eigen kerk. Kinderen dragen hier trouwens ook allemaal een uniform naar school wat op ons nogal ouderwets overkomt. En of gescheiden onderwijs nou zo'n voordeel is? Nouja, hier weten ze niet beter. Eenmaal thuis krijgt Tom een opfrislesje pingpongen van David en spelen de kinderen met speelgoed van Andrew.

Maandag is het supermooi weer en gaan we naar een van de mooiste stranden van Sydney, Bondi Beach. Het is ongeveer 20 min. rijden en dan kom je op een prachtig breed en bijna wit strand. De zee is behoorlijk heftig en er zijn ook hier weer veel surfers actief. De life-guards rijden continu heen en weer over het strand en roepen zo nu en dan iemand via de megafoon op bij de riffen vandaan te blijven. Overal staan waarschuwingsborden en de stroming in zee is inderdaad erg sterk. De kinderen rennen alleen maar rond in de branding en bouwen zandkastelen. Aan het eind van de middag eten we heerlijke tapas en valt Roemer ter plekke in slaap, helemaal uitgeput! Het was echt een heerlijke dag. Dinsdag wordt het hoog tijd weer verder te gaan, zo'n stad is niet te lang leuk met kleine kinderen. We halen onze gloednieuwe hagelwitte (...) Nissan op en rijden langs het Chinese consulaat. Op de terugweg vliegen we nl. via Shanghai en we hebben nog geen visa. Dat schijnt nogal streng te zijn dus we besluiten het toch maar aan te vragen. Dat duurt natuurlijk even allemaal en we moeten zelfs onze paspoorten achterlaten! Dan op weg naar de Blue Mountains en de wijnvelden van de Hunter Valley!

Bloodsuckers

Maandag vertrekken we van Merimbula verder naar het noorden. Het is bewolkt weer dus we rijden een flink stuk. De kust is prachtig met kleine dorpjes en mooie strandjes. Eind van de middag komen we aan in Bateman's Bay, een iets groter plaatstje waar we een ‘cabin' op een camping huren. Het is een vrijstaand prefab-huisje aan de rand van de camping met leuk uitzicht over het water richting het dorpje.

Alles zit erop en eraan hoor, daar is niets op aan te merken maar over smaak valt niet te twisten. Ook in Australie is men actief aan het overstappen op duurzame verlichting alleen hebben ze in 9 van de 10 gevallen gekozen voor de witte versie van de spaarlamp. Sommige van jullie zullen denken, waar heeft ze het over? maar dat zal ik even toelichten: de witte spaarlampen geven een ijzig ongezellig licht ongeacht waar je ze indraait. Tegenwoordig is er ook de gelige versie die een -zeker voor woningen- natuurlijker licht geeft. Onze cabin was van binnen geheel in blauwe tinten gehuld; lichtblauwe muren, een blauw kunstof aanrecht en een blauwe tegelvloer (...) Om het geheel af te maken hingen er twee plafondlampen met jawel, de witte spaarlamp, waardoor wij ons in een operatiezaal waanden. Het meest aangename lichtje van de leefruimte bleek het lampje van de afzuigkap.

Nu moet ik zeggen dat ik tot nu toe niet bepaald onder de indruk ben van de smaak van de Australiers. Ze zijn nogal blijven hangen in de ‘gele' periode die bij ons zeker 15 jaar geleden korte tijd hevig gewoed heeft, waardoor veel huizen en gebouwen in de meest uiteenlopende maar allemaal even afzichtelijke tinten geel zijn geschilderd. Of zalmroze ja, daar houden ze ook van. Nouja, al met al zijn de kleurkeuzes weinig smaakvol en hopeloos ouderwets.

Verder was de camping prima, er was een klein zwembadje en er waren wasmachines maar toch mijn eigen douche en keuken, een kniesoor die ook nog gezelligheid zoekt in de verlichting! Dinsdag dachten we leuk een wandeling te gaan maken in de prachtige omgeving. Via het toeristenbureau werden we naar de Durran Discovery Route gestuurd, een prachtge wandeling. We trokken onze gympen aan en daar gingen we. Inderdaad prachtig, met tropische palmen en andere bomen, honderden Chicas (Denis!) en een bijna doodse stilte. Al vrij snel zie ik Tom een paar keer naar zijn benen meppen en iets over ‘wormpjes' zeggen. Vlak daarna voel ik iets op mijn blote onderbeen en zie een krioelende zwarte worm die vastgeplakt zit. Bloedzuigers! Woehaaaaa! Hij zit nog niet echt vast en als ik verder kijk zie ik er ook een paar op mijn schoenen die ik er met moeite afkrijg. De kinderen staan er natuurlijk met hun neus bovenop en al gauw voelt Roemer ook iets. Die raakt behoorlijk over zijn toeren (lees: hysterisch) en durft haast geen stap meer te zetten. De enige manier is doorgaan want we zijn waarschijnlijk net over de helft. Ik hoef jullie niet uit te leggen dat de rest van de wandeling een ramp was, ik liep achter Roemer en hield zijn blote beentjes in de gaten (hij en Tom hadden ook nog eens geen sokken aan dus ze konden ook nog je schoen inkruipen!) en ondertussen gluurde ik constant naar mijn eigen voeten aangezien ik bloedzuigers wel een van de meest walgelijke soort ongedierte vind. En ik probeerde me maar groot te houden en te doen alsof het helemaal niet zo erg was en dat wij veeeel sterker dan die bloedzuigers waren (dat woord alleen creeert al genoeg onrust)). Ze kropen zelfs in de gaatjes van mijn gympen! Bella liep monter voorop want die had als enige nergens last van, zij had ook als enige een lange legging aan en op een of andere manier kwamen ze niet op haar gympen! Eenmaal bij de auto plukten we de laatste beestjes van onze schoenen en reden richting het strand, er zou een mooie baai zijn met kangaroes die op het strand leven.

Langzaamaan kwamen we weer een beetje bij (en haalde Tom nog twee van die krengen uit zijn schoenen!) en konden we onze gedachten weer op iets anders richten. Er was inderdaad een prachtig strand met glooiende grasvelden ervoor waar tallozen kangaroes rondliepen. Nee, en daar hadden we nog geen genoeg van, ze blijven erg bijzonder. Vooral omdat er nu een mama-kangaroe bij was met een kleintje in haar buidel! Geweldig om te zien. Thuis hebben we onze gympen buiten gelaten en lekker gekookt. Genoeg opwinding voor een dag!

Woensdag rijden we verder en slapen nog eenkeer voordat we in Sydney aankomen. Het is een klein dorpje met een flinke speeltuin. De volgende ochtend is het stralend mooi weer en wandelen we even naar het strand waar we een paar uurtjes blijven, het is echt heerlijk! Er zijn behoorlijke golven en er zijn veel surfers. Op een gegeven moment zien we zelfs allemaal dolfijnen langskomen vlak achter de surfers! Aan het begin van de middag rijden we moe maar voldaan naar Sydney.

Earthquake

Dinsdagmiddag 22 feb. bereikt ons het vreselijke bericht van de aardbeving in Christchurch. De beelden die we hier zien zijn echt verschrikkelijk en de kranten puilen uit van de foto's en gruwelverhalen. Met name de oude gebouwen in het centrum zijn zwaar getroffen en 80% van de inwoners zit zonder stroom en water. Veel van de plekken herkennen we omdat we er 2,5 week geleden nog waren, de ravage is enorm. En als je bedenkt wat het voor de inwoners betekent die de vorige beving nog niet eens te boven waren kun je je geen voorstelling maken hoe ze hiermee moeten leven. Onze vrienden zijn gelukkig ongedeerd maar hun huis heeft wel schade. Het epicentrum lag in Lyttleton, een lieflijk klein plaatsje net onder Christchurch waar wij ook zijn geweest. De weg er naartoe is onbegaanbaar door een lawine van rotsblokken en de huizen zijn volledig geruineerd. Ongelofelijk.

Woensdag vertrekken we richting het oosten want we willen de kustroute van Melbourne naar Sydney nemen. Die is wel wat langer maar veel mooier, het is ong. 1200 km. En zo'n auto rijdt natuurlijk toch heel wat comfortabeler dan een camper. We rijden een paar uur en komen bij een stoomtreintje uit waar we een leuke rit door de bossen mee maken. Mensen mogen in de open ramen zitten met hun benen naar buiten bungelend, het is een gek gezicht! Vlak daarbij vinden we een superleuke cottage, een minihuisje met twee slaapkamers en heel Engels ingericht. We koken lekker zelf en slapen heerlijk. 's Morgens vinden we het wel eens tijd worden om Bella's haar uit te halen (ook omdat ons haar vol roetdeeltjes van de trein zit) en binnen no time hebben we de kraaltjes en elastiekjes eruit. Ze wil het zo laten zitten dus we zien het wel. We rijden verder richting de kust en slapen uiteindelijk in een motel in Lake Entrance, ongezellig maar wel wat betaalbaarder. Daarna rijden we door naar Merimbula, waarvan we hebben gehoord dat het erg leuk is. Daar willen we een paar dagen blijven want elke dag ergens anders is erg onrustig.

Merimbula is inderdaad een heel leuk kustplaatsje aan een prachtige baai met een goudgeel strand. Ons oog valt op een foldertje van Woodbine Park Eco Cabins, eenvoudige houten huisjes aan de rand van een nationaal park net buiten het dorpje. Het ligt op een enorm terrein in het bos en er is zelfs een klein zwembad en een speeltuin. De verhuurdame beweert bovendien dat er geregeld kangaroes rondlopen en dat er allerlei soorten papegaaien zijn die uit je hand eten en geeft ons twee zakken met voer mee. Het bevalt ons erg goed, ondanks dat het heel erg basic is met een inrichting uit de jaren '80 is de sfeer uitstekend. Het betekent ook dat we een paar dagen niet naar een restaurant hoeven (ja, zo erg is het al) dus ik ga gauw boodschappen doen. Als ik terug kom struikel ik bijna over de kangaroes, ik kan mijn ogen niet geloven! Tot ons grote plezier kunnen we ze inderdaad makkelijk benaderen en eten geven. Dit is echt heel bijzonder! Ze zijn ontzettend leuk met kleine handjes en prachtige koppies met grote oren. Ze staan op hun enorme achterpoten en achterste deel van hun staart en smikkelen rustig wat ze aangeboden krijgen. Ook superleuk voor de kinderen natuurlijk die daar nogal druk mee zijn. Als ze genoeg hebben huppen ze in een paar sprongen weg, zo soepel als wat. Ook over de papegaaien heeft ze niets teveel gezegd, het stikt ervan! Kleine felgekleurde regenboogpapegaaien, grote witte kaketoes met een gele kuif, grijs/roze papegaaien en nog veel meer soorten. Ook dat is ontzettend leuk en we worden regelmatig omringd door gefladder (grappig dat dit veel leuker is dan bedelende meeuwen en eenden op campings terwijl het eigenlijk hetzelfde is...).

Zaterdag is het prachtig weer en gaan we richting het mooie strand van Merimbula. Er is ook een hele grote speeltuin bij dus de kinderen vermaken zich prima. Het is een heerlijke dagje en de zee is fris maar erg mooi. Aan het eind van de middag begint het vloed te worden en loopt een groot suk van het strand langzaam onder water. Het gele zand is echt prachtig, het kan bijna voor een Bounty-eiland doorgaan. We waden een heel stuk door het ondiepe water en Bella en Roemer hebben het grootste plezier! 's Avonds laat zitten we in de woonkamer en hoor ik opeens een soort niesje achter me. Ik doe het gordijn open en zie in het donker een possum buiten, een in Australie beschermd en in Nieuw Zeeland verguisd dier wat nog het meest op een soort wasbeertje lijkt. Ik dacht dat hij weg zou rennen maar niks hoor, ook dit beestje heeft wel vaker mensen gezien. Tom pakt wat brood voor me en de possum pakt het zo met piepkleine handjes uit mijn handen en peuzelt het op! Ik kan hem zelfs aaien, een megadikke zachte vacht (in NZ al wel eens een velletje gevoeld) met een dikke, lange pluimstaart en zwarte kraaloogjes! Ongelofelijk weer!

Zondag is een druilerige dag, het miezert een beetje en de lucht is grijs. Bella gaat aan haar huiswerk en we hebben een luie dag. Ik kan weer even wat teksten bijwerken en hoop ze zo snel mogelijk op internet te kunnen zetten. 's Middags gaan we er nog even een uurtje uit maar we eten lekker in ons huisje tussen de kangaroes en papegaaien.

De Grote Oceaanweg

Tom gaat 's morgens met Roemer de auto halen (hij vindt hem erg stoer en heeft het gevoel dat hij hem zelf heeft uitgekozen; helaas zonder spoiler!) en Bella doet haar schoolwerk. Waarom een auto? Ach, dat is weer eens wat anders. Voorlopig even geen gecampeer voor ons. We ontbijten/lunchen nog in een hip tentje om de hoek van ons hotel en vertrekken richting de Great Ocean Road. Eigenlijk ligt het uit de route want we moeten omhoog richting Sydney en verder maar iedereen adviseert ons deze fantastische weg niet over te slaan. De Great Ocean Road begint ongeveer een uur ten westen van Melbourne en is ruim 200 km lang. Wij besluiten heen via de baai te rijden en dan met de ferry over te steken waardoor we terug via de andere kant kunnen. We rijden dus tot bijna het uiterste puntje van het sliertje schiereiland waar het dorpje Sorrento, een erg leuk en vlot plaatsje, ook erg geliefd als weekenduitstapje voor de inwoners van Melbourne. De kinderen kijken hun ogen uit als op de pier de verse vangst van een paar vissers voor hun voeten terechtkomt: een inktvis en (een emmer vol) krabben! Iemand tipt ons ook even aan de andere kant op het strand te gaan kijken, de oceaankant dus. Uiteraard volgen wij de raad op en lopen nietsvermoedend het ruige strand op. Onmiddelijk worden we (maar vooral Tom, die heeft iets onweerstaanbaars) aangevallen door grote vliegen, tientallen zwermen om ons heen! Toch surfen er mensen en zit een mevrouw op haar badlaken alsof er niets aan de hand is. Bij navraag blijkt dat iedereen zich helemaal inspuit tegen deze wat vroege ‘Marchfly'. Gauw weg daar en terug naar de rustige baai. We vinden een keurige B&B en ik haal wat brood, salade, worst en kaasjes als avondeten. Heerlijk weer even, lekker simpel.

De volgende dag is het stralend weer en gaan we even naar het strand. De ferry gaat elke twee uur en het is veel te mooi weer om te haasten. De zee is kraakhelder (maar wel weer koud helaas!) en de kinderen vermaken zich met het vangen van doorzichtige drolvormige (ja, sorry) ongevaarlijke kwalletjes. Later op de ferry zien we zelfs een paar dolfijnen! Als we aan de overkant zijn komen we na een paar dorpjes terecht in een cottage, een van houten boomstammetjes gemaakt huisje met alles erop en eraan met een leuk restaurantje erbij.

Vrijdag beginnen we dan aan de eigenlijke Great Ocean Road, een prachtige weg langs de ruige zuidkust van Australie. Onderweg kom je langs een paar kleine plaatsjes die geliefd zijn bij de inwoners van Melbourne als weekenduitstapje en waar de woeste rotsige kust tijdelijk plaatsmaakt voor een schilderachtig baaitje. Het hoogtepunt van de route zijn de Twelve Apostles; spectaculaire kalksteen rotsformaties in zee in allerlei vormen, kliffen, bogen en grotten. Het is echt heel erg mooi en ondanks dat we bewolkt weer hebben zijn de kleuren geweldig! We rijden door naar een klein kneuterig dorpje waar we in een appartementje slapen en besluiten de volgende dag het laatste staartje van de route te skippen en om te keren. We nemen de zelfde weg terug en komen onderweg een kangaroe tegen langs de kant! Voordat ik een foto kan nemen springt hij alweer weg. Even later slaan we bij Cape Otway af naar de meest zuidelijk gelegen vuurtoren uit 1848 en op de weg er naartoe zien we hem opeens: een slapende koala!! Wat een geweldig beest, echt zo schattig om te zien en. Ze zijn nogal lui van aard en slapen ong. 20 uur per dag. Geen stress dus... De kinderen vinden het ook geweldig, eindelijk wordt ons getuur in de eucalyptusbomen beloond! Intussen is er een stevige storm opgelaaid maar dat mag de pret bij de vuurtoren niet drukken: we worden bijna van de toren geblazen en Bella en Roemer gieren het uit! Gelukkig klaart de lucht al snel weer op en komt de zon door, we eten een late lunch in Lorne en genieten van de zon terwijl de kinderen zich uitleven in de plaatselijke speeltuin. Het stikt van de accomodaties maar als ik ‘even' een hotelletje ga zoeken blijkt al snel dat alles volgeboekt zit (bruiloften, weekend etc)! Daar hadden we niet op gerekend. Dan maar een frietje voor on-the-road en rijden maar. Uiteindelijk rijden we door tot de houten cottages waar we twee dagen geleden ook waren. De kinderen leggen we slapend en wel in hun schone bedjes en wij kruipen er ook in. Drukke dag!

Van Bula naar Hi Mate!

Na de hemelse verwenweek op Fiji moeten we weer terug op aarde zien te komen. Ons Australische avontuur wacht immers op ons! Van Fiji naar Melbourne is een enorme overgang en we zien er een beetje tegenop. Allereerst de temperatuur natuurlijk; als we 's avonds uit het vliegtuig stappen is het bar koud. En die drukte! Melbourne is een enorme wereldstad met ca. 3 miljoen inwoners. We blijven twee dagen in de stad en bezoeken o.a. een prachtig aquarium met een heuse pinguincolonie en gigantische roggen (stingrays) met wel meer dan 1,5 m spanwijdte die over ons heen zwemmen (ik denk er nog maar wat langer over of ik ook wil gaan duiken...). We slenteren wat door de stad, lopen een prachtige kerk binnen, de St Pauls Kathedral en pakken een swingende multi culti Zumbashow mee op het plein waar allerlei festiviteiten zijn.

Melbourne is een mooie stad, de rivier de Yarra loopt dwars door het centrum en dat geeft altijd wat extra's. Op aanraden zijn we ook nog in een rondvaartboot gestapt waarbij wij denk ik de enige waren die geen 65+ korting kregen. Was errug saai! In de binnenstad zijn veel oude gebouwen bewaard gebleven die moeiteloos tussen moderne kantoren en appartementencomplexen staan. Er staan diverse wolkenkrabbers en op het levendige Federation Square zijn cafeetjes en vinden optredens plaats omgeven door musea in architectonische kunstwerkjes en een prachtig oud station. En het ligt aan zee natuurlijk, ook een hele belangrijke factor! Eigenlijk ligt het aan een hele grote baai waardoor er een enorm strand is met een boulevard en een oude pier, een haven etc. De buurt daaromheen, St Kilda, is een populaire wijk met karakteristieke laagbouw en kleine winkelstraatjes. Tom gaat eindelijk naar de kapper (had inmiddels behoorlijke Guys 'n Dollscoupe!) en we sturen 15 kg (!) aan overbagage naar NL omdat we ons een ongeluk slepen en steeds met dichtgeknepen billen door de douane komen. Wat dat dan is? Nou, boeken, speelgoed (ze hebben allebei vrijwillig van alles afgestaan en zullen vanaf nu samen met de kleurtjes doen) en overtollige kleding. Het weer wordt steeds warmer gelukkig en we hebben een heerlijk restaurant gevonden met uitzicht op het strand en de ondergaande zon waar we twee avonden buiten eten. Vanaf dinsdag 15 feb. hebben we een auto gehuurd en wordt het hoog tijd om op pad te gaan! Deze dagen gaan we de alom geprezen 'great ocean road' rijden. Die schijnt geweldig te zijn. Zie ons volgende verhaal.

....

Terug naar Melbourne: Maandagavond (21 feb.) moeten we weer in Melbourne zijn want dan hebben we afgesproken met Eric, een oude studievriend van Tom die in Singapore woont en een paar dagen in Melboune is. We hebben dus nog twee dagen en willen via de noordkant van Melbourne richting Healesville Sanctuary, een echte Australische dierentuin waar ze ook zieke en gewonde dieren opvangen en beschermen (bijv. na bosbranden). Het binnenland is supergroen met torenhoge eucalyptusbomen en leuke dorpjes. De dierentuin is erg leuk, we kunnen bij de dingo's naar binnen en die mogen we ook aaien. Hier natuurlijk ook de (zowaar wakkere) koala's, kangaroes, wombats, pelikanen en allerlei hagedissen die we mogen aanraken.

We spreken met Eric af in het bruisende centrum van Melbourne waar we samen eten. Het is erg gezellig en Tom en Eric gaan nog even door. Valt niet mee om nog iets te vinden wat nog open is, zo bruisend is het dus ook weer niet.... De volgende dag gaan we met z'n allen fietsen (idee van Eric), Melbourne schijnt geweldige fietsroutes te hebben en als echte Hollanders kunnen we natuurlijk niet achterblijven. Bella wil dit keer perse niet fietsen en heeft haar zinnen gezet op zo'n halve achterhangfiets. Roemer achterop en Eric als lachende derde. Hoewel, lachend, zo'n avondje stappen gaat de jongens niet meer zo makkelijk af merk ik. De fietsverhuurder stuurt ons naar een kinderboerderij wat ongeveer drie kwartier fietsen is, helemaal langs de rivier. Drie kwartier blijkt anderhalf uur maar het is wel een hele mooie (pittige) route over een prachtig fietspad, gelukkig zit Bella achterop anders hadden we het geweten! We drinken nog wat en dan verlaat Eric ons om zijn vliegtuig te halen. Wij eten snel wat en gaan op tijd naar bed. Morgen gaan we verder op reis richting Sydney!